Heilige Lucia
Het beeld van de H. Lucia staat in het middenschip aan de noordzijde tegen de tweede pilaar gezien vanaf het priesterkoor. In haar keel steekt een dolk en in haar rechterhand houdt ze een palmtak.
Geschiedenis
De H. Lucia zou rond het jaar 286 te Syracuse op het eiland Sicilië geboren en daar in 304 als martelares gestorven zijn. Haar feest is op 13 december.
Volgens de legende bezoekt zij met haar zieke moeder Eutychia het graf van de heilige Agatha, niet ver van Syracuse in de plaats Catania. Als moeder op wonderbaarlijke wijze geneest, schenkt Lucia al haar bezittingen aan de armen. Haar heidense bruidegom kan dat niet waarderen en klaagt haar aan vanwege haar geloof in Christus. Daardoor kan ze immers geen offers brengen aan de Romeinse afgoden. Wie dat weigert, maakte zich schuldig aan ongehoorzaamheid of zelfs majesteitsschennis
Lucia wordt veroordeeld tot werken in een bordeel. Maar zelfs een span ossen kan haar niet van haar plaats krijgen, zo onverzettelijk blijkt zij. Ook de brandstapel deert haar niet. Tenslotte stoot de beul haar een zwaard door de keel.
Patrones
Zij wordt vereerd als patrones van het licht in de ogen. Daarom is zij o.a. de patrones van blinden en slechtzienden, van artsen, oogartsen en opticiens; van elektriciens en van prostituees die spijt hebben.
Kunst
Zij wordt afgebeeld met een dolk door haar hals of met een schaal waarop twee ogen liggen, een toespeling op de betekenis van haar naam (Licht).
Later vormt zich om die schaal met ogen weer een nieuwe legende: om gevrijwaard te blijven van opdringerige jongemannen die haar godsdienst en haar persoon niet respecteren, zou zij zichzelf de ogen hebben uitgestoken...