Verbeter de wereld en begin bij jezelf

_the_thinker_1_

Gust Jansen

Het grootste deel van de Bijbel werd geschreven in het Hebreeuws. Het Hebreeuwse woord voor geest is Ruach; dat betekent zoveel als wind, windvlaag, storm. 'Een mens bezielt door de geest' is dus iemand die een frisse wind kan laten waaien, die vaart brengt in wat stilgevallen is. Die als de troef eruit is, weer enthousiasme brengt en het vertrouwen in de toekomst weet aan te wakkeren. Waar hij of zij komt laait er iets op.

Zo iemand was o.a. Mozes; een man op wie de geest rustte. En in diezelfde Schrift staat, dat zijn geest uitwaaierde over de eerst aangewezenen rond hem, de zeventig oudsten van het volk; maar óók – zo valt er te lezen – daarbuiten.

'De geest waait waar hij wil' is een oud Bijbels gezegde. Bezield en bewogen spreken, met het oog op de toekomst zoals God die wil, is blijkbaar niet alleen voorbehouden aan hen die daartoe officieel zijn aangesteld. En zo is het ook: niet alleen de officiële leiders, maar ook heel gewone, maar bezielde en bewogen mensen kunnen rake dingen zeggen en zo Gods bedoelingen soms prima verwoorden; vaak nog beter.

“Meester,” zo klagen Jezus leerlingen hun nood, “we zijn iemand tegengekomen die in uw naam duivelse geesten uitdrijft, terwijl hij niet tot onze kring hoort.” Wellicht verwachtten ze van Hem een pluim voor hun optreden. Zijn reactie is heel anders: “Laat hen maar betijen. Als ze niet tegen ons zijn, als ze in feite zeggen en doen wat ook wij zouden hebben gezegd en gedaan, dan is het toch goed!”

Inderdaad: niet alleen gewijde ambtsdragers, maar ook allerlei gewone maar toegewijde mensen blijken de Geest te hebben om dat verhaal van God met de mensen te verkondigen in goedgekozen en wijze woorden; meer nog door hun bezielde levenshouding…
Overal – toen en ook nu – waar mannen en vrouwen zich liefdevol en toegewijd inzetten ten bate van anderen, daar waait de Geest met of zonder de goedkeuring van Kerk en hogerhand. “Wie niet tegen ons is, is voor ons”, vindt Jezus. En dat is ruimer gedacht dan wij mensen, gelovigen en kerkelijke leiders, vaak denken; met alle gevolgen van dien, want hokjesgeest heeft nog nooit echte vrede gebracht.

Zo ruimdenkend en mild als Jezus is voor de mensen buiten de kring van eigen leerlingen, zo streng en veeleisend is Hij voor zijn volgelingen. Die moeten hun ogen, handen en voeten goed gebruiken; zo niet, dan kun je ze maar beter kwijt zijn. Beter één oog dat lief kijkt, dan twee die neerzien op anderen, anderen geen blik waardig keuren of scheel kijken van jaloezie. Handen kunnen slaan of strelen, kunnen graaien voor zichzelf of geven aan anderen, opbeuren of neerdrukken. Beter één open hand dan twee harde vuisten. En liever kreupel door het leven de goede kant op dan op twee voeten richting de hel van het leven.

Erger je niet te vlug aan anderen, zegt Jezus, maar eerder aan jezelf. Als je je ogen verkeerd gebruikt, als je handen en handelen niet in orde zijn, als je voeten, je gaan en staan niet deugen, dan is dat veel erger. Kap er dan mee, zegt Jezus: verbeter de wereld en begin bij jezelf; ruil je enge hokjesgeest in en geef Gods Geest de ruimte in het leven, ons aller leven…