Jezelf loslaten om de A/ander te ontmoeten

geven en krijgen

Marc Massaer

Broeders en zusters in Christus,

Te midden van alle nieuwsberichten over de verkiezingen in de VS, het aftreden van het kabinet Rutte en de perikelen rondom de vaccinatie is het nog niet zo eenvoudig de stem van God op het spoor te komen en daarnaar te luisteren. Hoe God vinden en weten wat Hij zegt en van ons verlangt?
In de stilte van ons hart spreekt God tot ons. De eerste lezing van vandaag maakt ons dat duidelijk. In de stilte van de nacht spreekt God tot Samuel. Hij roept hem tot driemaal toe: Samuel, Samuel, Samuel. Dankzij zijn spirituele gids Eli komt Samuel tot het inzicht dat het de stem van God is die Hem roept. God kiest Samuel uit tot profeet om aan het volk Israël een Boodschap over te brengen. Een profeet heeft niet altijd een dankbare taak: de ene keer krijgt hij de taak om te waarschuwen tegen ontrouw, de ander keer mag hij heil en voorspoed aankondigen. Samuel zal onheil aankondigen over het volk van Israël. Hij voorspelt namelijk dat de Filistijnen de ark van het verbond zullen buitmaken en Israël verslaan. En inderdaad, zo gebeurt het. Daarna kondigt Samuel een nieuwe en gezegende tijd aan met de zalving van Saul en David tot koning van Israël. Ook dat zal gebeuren.

In onze tijd lijkt het alsof God zich heeft teruggetrokken en zit toe te kijken hoe de wereld zich ontwikkelt. Misschien doet Hij dit, opdat wij Hem met meer verlangen zouden zoeken.
Waar is God? “Meester, waar houdt Gij u op?” vragen de leerlingen van Johannes aan Jezus. “Ga mee om het te zien”, zegt Jezus.
Daarmee nodigt Jezus zijn leerlingen uit met Hem het avontuur en het mysterie van het leven te ontdekken. Je moet durven loslaten om iemand ten diepste te kunnen ontmoeten. Je eigen activiteiten, je eigen denkbeelden en misschien ook wel vooroordelen loslaten om zo ruimte te maken voor de woorden en gedachten van de ander. En dat vraagt onthechting. Dat is bij mensen zo, dat is bij God zo. Jezus zelf is ons in dat loslaten voorgegaan. Hij is het Lam Gods dat voor ons gestorven is aan het kruis. Jezus heeft zichzelf gegeven om ons te ontmoeten op onze levensweg. Hij heeft immers de hemel verlaten en is mens geworden. Geofferd heeft Hij zich als een Lam, om ons te ontmoeten in vreugde en verdriet, in genade en in zonde.

Jezelf loslaten om Jezus echt te ontmoeten, zoals de leerlingen het gezelschap van Johannes de Doper loslieten om Jezus te ontmoeten, het is een levenslang proces. Dichtbij Jezus blijven en Jezelf en alles aan Hem toevertrouwen, is de weg ten leven. Het is iets wat je doorheen de jaren leert. In dienstbaarheid aan je naaste en in het gebed leer je dit. Niet jezelf centraal stellen maar de ander. Het gebed heeft altijd iets van sterven: afsterven aan je eigen bezigheden en gedachten om vervolgens vernieuwd, als een verrezen mens de wereld met andere ogen tegemoet te treden, maar bovenal met een ander hart, het hart van Jezus.

We zouden ons er meer van bewust moeten zijn dat God in ons hart wil wonen. “Uw lichaam is een tempel van de H. Geest die in u woont”, zegt de apostel Paulus.
Hoe komt het dat wij God niet zo vaak vinden en ervaren in ons leven? Dat komt doordat wij geneigd zijn meer op te gaan in de schepping dan in de Schepper.
We stellen ons misschien wel te veel de vraag: wat kan ik van de ander krijgen of wat kan de ander voor mij doen? God en de ander echt ontmoeten en vinden is jezelf de vraag stellen: Wie is die ander en hoe kan ik iets voor die andere mens en voor God betekenen?

Moge deze gedachten ons inspireren om ons geloof in Jezus vast te blijven houden, intenser te beleven en met Hem mee te trekken, want dan zal God ons geluk, steun, vrede, liefde en vreugde schenken. Amen.

Printversie