Gods gedachten zijn anders dan de onze

Godenschemering

Marc Massaer

Broeders en zusters in Christus,

Bij gesprekken over het geloof en het eeuwig leven kom ik wel eens mensen tegen die eraan twijfelen of de hemel wel bestaat. Is het waar dat God bestaat en er een hemel is? Hoe kun je dit weten? Het is moei-lijk te bewijzen dat er een onzichtbare hemel bestaat, maar er zijn wel vele argumenten om erin te geloven.
Om te beginnen spreekt Jezus in de H. Schrift vele malen over het Koninkrijk der hemelen. Jezus is betrouwbaar en heeft de waarheid over God verkondigd; Hij is zelfs dé Waarheid. Een ander argument is dat vele heiligen een visioen van de hemel hebben gehad, zoals de H. Theresia van Avila, de H. zuster Faustina en de zienster Vicka van Medjugorje. Enkele jaren geleden heb ik het getuigenis gehoord van Vicka, die vertelde over een visioen dat ze had over hemel, hel en vagevuur. Dat wij in de liturgie de hemelvaart van Jezus en de opneming van Maria in de hemel vieren, zijn verder aanwijzingen dat er wel degelijk een hemel is.

In de parabel van de landeigenaar in het evangelie van vandaag spreekt Jezus over het Koninkrijk der hemelen. Hoe moet je dit verhaal, dat een woord van God is, goed verstaan? Het stuit ongetwijfeld op weerstand.
Als je dit verhaal louter menselijk - volgens het arbeidsrecht - interpreteert, kom je al snel met de reactie: iedereen hetzelfde loon geven onafhankelijk van hoeveel uur iemand presteert, is toch onrechtvaardig. Dit stimuleert ook niet dat er extra gewerkt wordt. Iedereen hetzelfde loon geven is in de geschiedenis wel voorgekomen, bijvoorbeeld in het communisme. Zo’n economisch systeem werkt niet.
Wat is de juiste interpretatie van dit verhaal? God wil ons hiermee de boodschap geven dat iedereen uitgenodigd wordt aan de slag te gaan en mee te werken aan Gods Koninkrijk van vrede, liefde en rechtvaardigheid. De mensen van het eerste uur hebben zich heel hun leven ingezet voor de beleving van de blijde boodschap van Jezus Christus. De mensen van het laatste uur zijn pas op het einde van hun leven tot de aanvaarding van het geloof in Jezus gekomen maar worden toch gered. Als iemand zich bijvoorbeeld pas op zijn sterfbed bekeert, dan mag hij of zij toch hopen eenmaal de hemel binnen te komen. Denken we maar aan de misdadiger op het kruis naast Jezus, die vroeg: “Jezus, denk aan mij als je in je Koninkrijk bent aangekomen.” Waarop Jezus zei: “Heden nog zul je met Mij zijn in het paradijs.”

Menselijkerwijze denken we misschien: maar het is toch niet eerlijk dat die ook in de hemel mag komen, terwijl iemand als Moeder Teresa heel haar leven heeft gezwoegd om het voorbeeld van Jezus na te volgen. Echter, de eerste lezing zegt ons dat Gods gedachten anders zijn dan onze menselijk gedachten; ze gaan onze gedachten te boven. God is geduldiger, liefdevoller en barmhartiger dan wij mensen ons kun-nen voorstellen. Wij zeggen al snel: “Nu is het genoeg!” Maar God gaat altijd nog een stapje verder; Hij kijkt toch anders naar mensen dan wij doen.
“Vele laatsten zullen eersten, en vele eersten zullen laatsten zijn”, zegt Jezus als een bevestiging dat Hij de mensen anders beoordeelt dan de wereld doet. Het gaat om de liefde en de barmhartigheid die je uitge-straald hebt. Diegenen die in Gods ogen bij de eersten horen, die hebben God en de naaste meer bemint. Het gaat hier niet om titeltjes, rijkdom, macht of eer en roem.

Deze uitspraak verwijst ook naar het feit dat er in de hemel toch een verschil in beloning is, of dat er met andere woorden een hiërarchie of een heilige ordening is tussen mensen. Hoe dit verschil eruit ziet, kunnen we niet zeggen. Het is wel heel logisch want in de verschillende engelenkoren is er ook een verschil in rangorde: er zijn gewone engelen, maar ook aartsengelen, zoals de aartsengel Gabriël, die aan Maria de boodschap van de geboorte van Jezus heeft gebracht. Zo zal er in de hemel ook een verschil tussen mensen zijn maar dat laten we aan God over.
Het voornaamste is dat wij met de genade van God aan de slag gaan en meewerken met de droom van God. Amen.

Printversie