Eer aan God de Vader, de Zoon, en de H. Geest

Drievuldigheid

Marc Massaer

Broeders en zusters in Christus,

Als je aan een willekeurige persoon in de straat zou vragen wie God voor hem is en welk beeld hij van God heeft, dan kom je zeer verschil-lende antwoorden tegen. Sommigen zeggen dat ze geloven dat er iets is boven hen; anderen zien God als een oude man met een grijze baard, weer anderen als een streng oordelende of een barmhartige God. Jouw beeld van God zegt iets over hoe je in het leven staat.
Wie God is, is het mooiste neergeschreven door de apostel Johannes: God is liefde. Als je spreekt over de liefde, dan spreek je over relaties. Liefde veronderstelt altijd het bestaan van twee personen. Als je over God spreekt, zeggen wij dat er één God is die bestaat uit drie Personen: Vader, Zoon en heilige Geest. God is dus meer dan een energiekracht of iets dergelijks, God is meer dan een Opperwezen; Hij is een mysterie van liefde en persoonlijk aan te spreken.

De Heilige Catharina van Siena gebruikte het beeld van een vis om de liefde van God te verduidelijken. Een vis leeft en beweegt in het water van de oneindige zee. Het water omringt de vis, komt in de vis en gaat uit de vis. Dit kleine schepsel heeft er geen idee van hoe groot en krachtig het water is waarin het leeft. Het is in de zee dat de vis speelt, leeft, groeit en zich vermenigvuldigt. Op een gelijkaardige wijze geldt dit voor de mens als het gaat om het mysterie van de H. Drie-eenheid. De mens is te klein om dit mysterie te begrijpen. Echter, de genadevolle God buigt zich over hem en toont hem de tederheid van de liefde van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. In de liturgie van de H. Eucharistie wordt dit het meest zichtbaar. De Zoon offert zich op het altaar aan God de Vader, in de kracht van de H. Geest, en zo krijgen wij deel aan die liefde van God in de H. Communie.

Dat God uit drie Personen bestaat, weten we omdat Jezus, de Zoon van God, gesproken heeft over Zijn Vader in de hemel, die Hem heeft gezonden naar deze wereld en met wie Hij een innige relatie heeft in het gebed. Na zijn verrijzenis heeft Jezus gesproken over de H. Geest die over de apostelen zou komen om hun de kracht te geven het geloof uit te leggen en de Kerk op te bouwen. Vandaag in de evangelielezing horen we Jezus zeggen dat wij als christenen de opdracht hebben de mensen te dopen in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Ook hier komen weer de drie Personen van God terug. Door het doopsel, dat een wedergeboorte is, worden wij opgenomen in de liefde van God en leven we vanuit die liefde van God. Zoals je maar één keer geboren kunt worden, kun je ook maar één keer wedergeboren worden door het doopsel. We hebben een heel leven lang nodig om die liefde van God te leren kennen in de ontmoeting met mensen en met Jezus Christus en zo te groeien in liefde. Als je iemand liefhebt, dan wil je die zo vaak mogelijk zien en luister je naar diens wensen om de verbondenheid met de geliefde te tonen en te behouden.

Liefde kun je alleen maar geven als je die ook ontvangt. Als je de liefde niet kent, dan kun je geen liefde geven. Daarom is een liefdevol gezin voor kinderen zo belangrijk om uit te kunnen groeien tot gelukkige, evenwichtige volwassenen. Helaas groeien veel jongeren tegenwoordig op in gebroken gezinnen met alle negatieve gevolgen van dien. Jongeren die niet uit een liefdevol gezin komen, gaan vaak elders het geluk zoeken, waar het niet te vinden is, zoals in drugs, alcoholisme en soms zelfs in de wereld van de misdaad. Het gezin en de vriendenkring waarin je opgroeit, hebben een grote invloed op wie je bent en hoe je in het leven staat.

God is een groot mysterie: van God weten we dat Hij in de hemel is maar ook dat Hij dicht bij ons is. Jezus die aan de rechterhand van God zijn Vader zit, heeft dit bevestigd door te zeggen: Zie, ik ben met u alle dagen tot aan het einde van de wereld. Het is deze gedachte die ons de hoop en het vertrouwen geeft dat God met ons meetrekt doorheen het leven en dat Hij er is als we Hem nodig hebben en ons aan Hem toevertrouwen. Denken dat we alles zelf kunnen, brengt ons niet vooruit in het spirituele leven, maar wel de houding die God bij alles in het leven betrekt.

Eer aan God de Vader, de Schepper van hemel en aarde, eer aan de Zoon, die ons heeft verlost en ons het nieuwe leven in God heeft gegeven, eer aan de H. Geest die ons in beweging zet en aanspoort te getuigen van Gods liefde. Zo was het in het begin, zo is het nu en zo zal het zijn in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Printversie