Legendes rond de H. Antonius van Padua

Legende over de preek voor de vissen
Naar het schijnt was Antonius eens bijzonder teleurgesteld over de lauwe houding van de gelovigen te Rimini. Om hen beschaamd te doen staan, trok hij naar het strand om dan in godsnaam maar voor de vissen te preken; die zouden tenminste wel luisteren. En zo was het. Zodra hij het woord richtte tot de golven van de zee, kwamen van alle kanten vissen aanzwemmen. Ze stelden zich in rijen voor hem op,
de kleintjes helemaal vooraan in het ondiepe water, de grotere op de achterste rijen. Door met hun staart bewegingen in het water te maken, gaven ze hun instemming met Antonius' woorden te kennen.

Legende met de ezel
Antonius leefde in de tijd dat de ketterij der Albigenzen zich wijd had verspreid. De Albigenzen loochenden de Godheid van Christus en geloofden ook niet in de werkelijke tegenwoordigheid van Christus in de Eucharistie. Antonius trad in zijn preken herhaaldelijk tegen hen op: "Op het altaar gebeurt de wezensverandering van brood en wijn in het Lichaam en Bloed van Christus. Het Lichaam dat door de Maagd ter wereld werd gebracht, dat aan het kruis hing, dat in het graf lag, dat op de derde dag verrees, dat naar de rechterhand van de Vader opsteeg, dat Lichaam wordt dagelijks door de priester geconsacreerd en aan de gelovigen uitgereikt."

Een leider der Albigenzen bleef echter ontkennen. Daarop koos Antonius een wel heel opmerkelijke manier om de man te overtuigen. Hij wilde wedden dat de ezel van de Albigens wel eerbied aan de Hostie zou betuigen, terwijl zijn meester dat niet deed. Om te beginnen kreeg het dier drie dagen geen eten. Daarna werd de voerbak tot de rand gevuld. Nu hield Antonius het dier de heilige Hostie voor. Het liet zijn voerbak voor wat die was en ging onmiddellijk door de knieën om zijn eerbied te betuigen. Daarop bekeerde de ketter zich inderdaad.