Geschiedenis begraafplaats Diessen

In 1902 noemde pastoor Notten de muur om het kerkhof een ”onooglijk ding”. De algemene begraafplaats ten noorden van de kerk werd geruimd en als tuin ingericht. Aan de zuidzijde van de kerk, op grond die voorheen eigendom was van het klooster, werd een nieuwe rooms-katholieke begraafplaats ingericht. Burgemeester en Wethouders van de gemeente Diessen verleenden daarvoor op 14 januari 1902 toestemming. Boeren uit Diessen hebben het perceel gratis opgehoogd met wel 1400 karren zwarte grond.

Op 7 april 1903 werd de begraafplaats plechtig ingezegend. Op 15 april 1903 was de eerste begrafenis op het nieuwe kerkhof.

Echter, een begraafplaats zonder calvarieberg was volgens pastoor Notten niet af. In augustus 1904 is op de begraafplaats een kapel gebouwd met daarop een calvarieberg. Naar ontwerp van architect Bouwman kwam er op de top een ijzeren kruis. In de kapel was plaats voor 24 personen.

In de jaren zestig van de vorige eeuw heeft pastoor Vogels ingevoerd dat alle gedenkstenen op nieuwe graven qua vorm, kleur en formaat gelijk moesten zijn. Verder verdwenen de verschillende klassen bij uitvaartdiensten of grafplaatsen en rechten op de begraafplaats.

In de jaren tachtig van de vorige eeuw is de begraafplaats aan de oostzijde vergroot en  kwam er een gemetselde bakstenen muur omheen. De calvarieberg met kapel werd gesloopt. Ook is er een urnenmuur gebouwd en een absouteplaats aangelegd.

In 2016 is de begraafplaats ingrijpend gerestaureerd met een gift van wijlen mevrouw Schuurmans-Robijn.