Jezus is de verrijzenis en het leven

brandende kaarsen

Marc Massaer

Broeders en zusters in Christus,

In november, de maand waarin de natuur afsterft, denken we tradi-tiegetrouw terug aan onze geliefde overledenen. Sommigen zijn plot-seling heengegaan, anderen hebben meer tijd gekregen om zich voor te bereiden op de overstap naar de eeuwigheid. Hun heengaan doet ons stilstaan bij de broosheid en de vergankelijkheid van het mense-lijk leven.
In deze dagen denken we na over de betekenis van ons leven en onze dood. We beseffen dat dit leven tijdelijk is. De herinnering aan de momenten van samenzijn met onze geliefde overledenen, aan hun stem en hun verhalen doet ons ernaar verlangen hen terug te zien en te genieten van hun liefdevolle aanwezigheid. Zien we hen werkelijk terug na onze dood? Is er een leven na de dood?

Midden in de winter is alles koud, donker en doods. Toch weten we dat er onder de grond leven is, dat in de lente weer ontkiemt. Ook de dood van onze geliefde overledenen lijkt het einde te zijn, maar wij gelo-ven - dankzij Jezus - dat er een leven is na de dood.
“Ik ben de verrijzenis en het leven”, heeft Jezus gezegd. “Wie in Mij gelooft, heeft eeuwig leven.” Dankzij Jezus is er hoop op een nieuw leven in eeuwigheid. God heeft de mens immers niet geschapen voor de dood maar voor het leven, het eeuwig leven. Nu leven we nog te midden van oorlog en geweld, aardbe-vingen, stormen en vulkaanuitbarstingen, en niet in het aardse paradijs. Deze situatie maakt dat we ver-langen naar een nieuwe wereld, waarin liefde, vrede, vreugde en rechtvaardigheid heersen. Wij geloven dat God de schepping eenmaal tot voltooiing zal brengen met een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar alle ellende voorbij is.

Ondanks deze hoopgevende gedachten blijft omgaan met het verlies van geliefden een hele opgave. Ook Martha en Maria hebben geworsteld met het heengaan van hun broer Lazarus. En de Emmaüsgangers hadden het moeilijk met de dood van Jezus, die de mensheid zo’n mooie toekomst had beloofd. Het is duidelijk dat je anderen nodig hebt om het verdriet te kunnen verwerken: een luisterend oor, een arm om je schouder, een troostend woord, een bemoedigend kaartje, een kaarsje aansteken en bidden, het zijn al-lemaal tekenen van onze verbondenheid met elkaar. We staan er in het leven niet alleen voor; we kunnen een beroep doen op Jezus Christus, onze hemelse Moeder Maria en andere mensen die in moeilijke mo-menten met ons meeleven.

Jezus heeft in zijn leven verschillende keren gesproken over het Koninkrijk van God en het Koninkrijk der hemelen, en wat Jezus heeft gezegd is altijd de waarheid. Het Koninkrijk der hemelen is de beloning voor mensen van goede wil en voor gelovigen die de Barmhartige Jezus aanvaarden als de Redder van de wereld.
God heeft Jezus naar deze wereld gezonden, niet om de wereld te veroordelen maar om te redden wat verloren was. Jezus is de Goede Herder, die op zoek is naar de verloren schapen van Israël en naar mensen die de weg niet vinden in het leven. Jezus is de Weg, de Waarheid en het Leven. Hij wil de harten van de mensen winnen door zijn goedheid, liefde en barmhartigheid.

Laten wij die bemoedigende woorden van Jezus tot onze harten doordringen want Hij geeft troost, kracht en bemoediging.
Dat onze geliefde overledenen door de barmhartigheid van God nu mogen genieten van de eeuwige liefde en vrede van God. Amen.

Printversie