Elkaar groot maken en kleineren...

Gust Jansen

Gust Jansen

De meesten van ons denken gemakkelijk in tegenstellingen. We zijn geneigd dingen scherp tegenover elkaar te zetten. Iets is zwart of wit; iets is goed of kwaad. We houden van contrasten. Dat schept duidelijkheid maar de werkelijkheid is vaak veel genuanceerder.

Hoeveel nuances liggen er niet tussen wit en zwart? Datzelfde geldt ook voor goed en kwaad. Voorzichtigheid is geboden. "Dat is een goed mens" of: "Die is slecht" zijn ongenuanceerde uitspraken. Mensen zijn maar zelden helemaal goed of helemaal slecht. Daar komt nog iets bij. Wij zijn opgevoed met een helder onderscheid tussen goed en kwaad maar dat onderscheid blijkt heel tijdgebonden. Is het niet wonderlijk dat we destijds dingen als goed leerden zien waar we momenteel grote vraagtekens bij zetten? Ook het omgekeerde geldt. Werd ons toen niet bijgebracht dat bepaalde dingen slecht waren, waar we nu heel anders over zijn gaan denken? Samenwonen was vroeger zonder meer slecht. Hetzelfde was het geval met euthanasie. Daar denken we nu wellicht wat genuanceerder over.

In het evangelie wordt het goede en het kwade vrij scherp uit elkaar gelegd. Iemand zaait goed zaad op zijn akker. 's Nachts komt een vijandig mens, die onkruid zaait tussen dat goede zaad. De gevolgen zijn al vrij gauw zichtbaar. Je bent geneigd te zeggen: Ja, zo gaat het vaak. Wat de één opbouwt, breekt de ander weer af. Zo werken we elkaar tegen.

Toch vraag ik me af of de zaaier van het goede zaad en de zaaier van het onkruid wel twee verschillende personen zijn. Gaat het niet veel eerder om twee kanten van onze eigen persoon? Dan klinkt het verhaal heel anders.

Als je dit verhaal inderdaad zo kunt lezen dat de zaaier van het goede zaad en de zaaier van het onkruid twee kanten zijn van je eigen persoon, dan kan het aanleiding geven tot een waardevol gewetensonderzoek. Dan zul je niet gauw je vinger verwijtend richten naar anderen, die altijd onkruid zaaien op jouw akker, maar de hand in eigen boezem steken: Wat voor zaad zaai ik? Ben ik daar voldoende kritisch op?

Misschien kan het korte verhaal over het mosterdzaadje ons wat verder helpen. In wezen beschikken we allemaal over zo'n voortreffelijk zaadje. Dat is geen punt. Zaaien we het ook uit, laten we het wel echt ontkiemen?

Het mosterdzaadje is het allerkleinste zaadje; het beste zaad is weinig spectaculair. Het heeft alles te maken met onze diepste krachten, met onze beste momenten. Een woord dat uit de grond van je hart komt, kan diep wortel schieten in íemand die het hoort. Het kan een grote boom worden... Een gebaar waarin je heel je ziel legt, kan een onuitwisbare indruk maken op iemand die daarvoor open staat...

Het is goed om te beseffen, dat heel dit verhaal over het zaad ons iets wil zeggen over het rijk Gods. En dat Rijk is een beeld dat iets bedoelt te zeggen over de manier waarop wij met elkaar omgaan, met elkaar leven. We kunnen elkaar maken en breken. We kunnen elkaar groot maken en kleineren.

Het mosterdzaadje is het beste wat je in je hebt. "Het kan een boom worden, zodat de vogels in zijn takken komen nestelen". Het beste zaad dat je zaait, biedt voedsel en tegelijk geborgenheid aan anderen, en kan uitgroeien tot zomerse schaduwplekken, waar een ander zalig en gelukkig kan vertoeven...

En het is Gods Geest, vertellen ons de andere twee lezingen vandaag, die óns zal helpen hierbij met alle geduld de juiste keuzes te maken en anderen mild en met de juiste toon tegemoet te treden...

Anders wordt het –ervaren we deze dagen– wanneer het kwaad goede mensen treft...