Van de berg naar beneden

_vluchtelingen_waarom1_1_

Cees Remmers

Jacques Brel zingt over Vlaanderen: Dat is mijn land, mijn vlakke land. En hij heeft gelijk: zijn en ons land zijn vlakke landen. Want wie de groot uitgevallen molshopen in Gorp en Roovert al Roovertse Bergen noemt en een heuvel in Valkenburg de Cauberg, die moet wel wonen in een vlak land.

Maar ook in een vlak land kunnen mensen soms als een berg tegen het leven opzien en ook in een vlak land kun je door diepe dalen gaan. Of misschien nog ingewikkelder: als Abraham omhoog klimt, de berg op, gaat hij door een diep dal want hij moet zijn enige zoon offeren. Want hoe kan God dat nou willen, dat je je eigen zoon offert? Maar de God van Israël wil dat ook niet.
“Raak hem met geen vinger aan,” zegt hij, ”doe de jongen geen kwaad.” En dan mag hij het beneden aan iedereen doorvertellen: onze God wil niet dat wij onze kinderen offeren.

De eerste Bijbellezing is een heel oud verhaal uit primitieve tijden waarin soms nog kinderen werden geofferd aan de goden. “Maar onze God”, vertelden de Joodse ouders aan hun kinderen, “wil niet dat kinderen geofferd worden.” Oude verhalen dus uit lang vervlogen primitieve tijden, dat kinderen worden geofferd.

Maar toch, zo oud is dat nog niet: hoeveel kinderen zijn niet het slachtoffer van oorlogen en aanslagen waar ze niks aan kunnen doen? Hoeveel kinderen op de vlucht verdrinken niet op zee, worden opgeofferd aan een hopeloos verlangen naar een veilig land? Of wat dichterbij: kinderen die graag met hun handen werken, moeten leren voor een kantoorbaan. Frederik is nu bijna jurist, terwijl Fred veel liever met zijn handen dan enkel met zijn hersenen wilde werken. Of andersom: Koos kan heel goed leren en wil graag studeren maar dat hoort niet bij ons soort mensen, en zo wordt Koos slachtoffer van rare bescheidenheid. Hoezo, kinderen offeren lijkt iets uit primitieve tijden?
Want dat is het vaak niet. Hoeveel kinderen en jonge mensen zijn in onze moderne tijd slachtoffer van slimme reclames, van namaakgeluk en geloven wat de tv ze zegt en wat men denkt en zegt in Hilversum? Zo wordt een hemel beloofd maar komt de hel dichterbij.

In de andere lezing horen we hoe de hemel even dichtbij lijkt: op de berg breekt heel even de verrezen Heer door. Op de berg staat de hemel op een kier. Petrus wil er daarom blijven en drie tenten bouwen om er te kunnen blijven (zoiets als mensen die een bijna-doodervaring hebben die zo vreugdevol is, dat ze hun leven lang heimwee houden naar wat ze - bijna dood - hebben gezien en ervaren).

Zo is het ook met de leerlingen van Jezus maar ze moeten net als Abraham naar beneden, naar het alledaagse bestaan, niet met je hoofd in de wolken maar met beide benen op de grond.
En overal waar mensen zichzelf opofferen om anderen te redden, daar breekt het licht door dat in Jezus woonde; daar staat de hemel op een kier.

Printversie