Rust, eindelijk rust!

Gust Jansen

“Rust, eindelijk rust…”, zo verzuchten veel mensen nu, op de valreep van werk en vakantie. Ze stappen in de auto en bereiken dan met veel stress hun vakantiebestemming. Het lijkt een paradox. In ons leven wisselen inspanning en rust elkaar af en dat is goed. Het evenwicht is soms zoek en dat is niet goed.

Ook Jezus’ leerlingen is dat overkomen. Vorige week nog – zo hoorden we toen – stuurde Hij ze erop uit, twee aan twee, met alleen een stok en een paar sandalen aan, om mensen nabij te zijn in hun zorgen, om hun de goede weg te wijzen en het kwaad onder hen uit te bannen. Wie sandalen draagt, stapt lichtvoetig door het leven… De boodschap van het evangelie is immers een Blijde Boodschap, die men met vreugde moet overbrengen, niet met gedram, wetten of gezeur, met een lach en vriendelijkheid, dichtbij mensen.

Marcus vertelt vandaag van de eerste stageperiode, die Jezus’ leerlingen – hij noemt ze vanaf nu “apostelen” - hebben doorgemaakt. De opdracht die Jezus hun gaf, hebben ze nu volbracht. Hoe lang ze ermee bezig zijn geweest staat niet vermeld… Nu mogen ze samen met Jezus evalueren, met Hem terugkijken op de voorbije tijd en inspiratie opdoen voor de tijd die komt. Jezus kiest er een samenzijn voor op een eenzame plek, waar ze met een boot over het meer naartoe zullen varen. Het is zó druk geweest, dat ze – aldus Marcus – zelfs geen tijd hebben gehad om te eten. “Rust, eindelijk rust…” ….een vrije dag, wat vakantie!

Iedereen die altijd alleen maar bezig is - druk, druk, druk… - en zichzelf geen tijd gunt op adem te komen, loopt vroeg of laat vast. Je moet zo nu en dan op adem komen, tijd voor jezelf krijgen en tijd vrijmaken om aan jezelf toe te komen. Dat deed Jezus ook en Hij gunt het blijkbaar ook zijn leerlingen. Maar er komt niks van terecht. Een beetje vakantie zit er blijkbaar niet in; wel voor hen, maar niet voor Jezus, waar de profeet Jeremia al op doelde.

Als Jezus aan land gaat en al die mensen ziet, voelt Hij dat Hij er moet zijn voor allen die zich als schapen zonder herder voelen, dat Hij er moet zijn voor mensen met hun zorgen, dankbaarheid en verdriet: Hij weet wat er in mensen omgaat aan domheid, drift, plezier, onzekerheid. Door medelijden bewogen kiest Hij als goede Herder ervoor “er te zijn” voor wie op Hem rekenen…

Daarmee is op de beste manier het portret van Jezus getekend. Dát is het signalement waaraan Hij te herkennen is. Telkens als Jezus in aanraking komt met menselijk leed, als Hij mensen in zorgen tegenkomt, dan lees je en hoor je dat het Hem heel diep raakt. Hij blijkt voor al die schapen zonder herder te zíjn wat ze zoeken: Iemand die luistert, die een goed woord heeft en een onderdak voor zieken en voor wie getekend door het leven gaan… Hij láát zich raken door hun lot. Hij raakt hun hart… Jezus, die Man van Nazareth, de Zoon van God, God… is nooit met vakantie, hoewel Hij het Zijn leerlingen van harte gunt…