In der minne

Balanceren op een boomstam

Steven Barberien

De fouten van een ander bedekken we graag met de mantel der liefde. We vinden het gênant er iemand op te wijzen dat hij of zij over de schreef gaat. En we zijn beducht op het feit dat ons bemoeizucht of onverdraagzaamheid verweten zou kunnen worden, wanneer we anderen wijzen op fouten of zonden.

Want - o ja, in de Kerk is dat niet anders… - het zondebesef is bijna helemaal weg, de noodzakelijkheid van de tien geboden vervaagt steeds meer… Welke pastor durft de zaken nog bij naam te noemen?
En wie van ons beseft nog hoe zwaar zonde kan wegen op ons zielenheil want 'de vreze des Heren’ is verdwenen uit ons kerkelijk denken en spreken. Natuurlijk hoef je geen angst of vrees te hebben voor de hemelse Vader, maar je kunt er niet van uitgaan dat Hij zomaar alles goed vindt. Hij verdient jouw respect en jouw goede wil om je te houden aan zijn regels. Elke vader legt zijn kind leefregels op en zal het tot de orde roepen als het die overschrijdt.

Jezus roept ons op niet te zwijgen en zo het risico te lopen dat er iemand verloren gaat of helemaal van het padje af loopt… In de eerste zin van zijn betoog zegt Hij iets wezenlijks: “Als uw broeder (of zuster) gezondigd heeft…”
Het uitgangspunt is dat we de ander blijven zien als broer of zus, als familie, als 'eigen' volk. Ook al vervreemdt de zonde ons van onszelf en van elkaar, de eerste stap naar verzoening is het inzicht dat je erbij hoort! De ander is niet meer of minder… De zonden die je begaat of de fouten die je maakt, tasten jouw menselijke waardigheid niet aan…, alhoewel ze je mens-zijn onder druk zetten. Want wie kan ten volle leven als hij gebukt gaat onder schuld of wanneer zijn gedrag iedereen afstoot?

Wat Jezus voorstelt, is een vorm van acrobatische bemiddeling. Enerzijds kun je je moreel te hoog boven een ander verheven voelen, anderzijds bestaat het gevaar dat je in de valkuil trapt van verwijten en harde oordelen… Balanceren op het koord van vriendelijke vermaning is heel lastig. Maar als je het niet doet…, weet je de uitkomst al.
Kritiek geven op een manier die opbouwend is, is een hele kunst, maar wel één die de moeite waard is jezelf aan te leren, evenals het geven van complimenten die anderen doen groeien.

Maar ook kritiek ontvangen en soms incasseren moet je leren… Het wordt echter veel makkelijker als je beseft en weet dat wat de ander je zegt, uit een goed hart komt. Een vriend, een broer of zus mag nu eenmaal meer zeggen…

Liefde durft het aan zaken uit te spreken en bij naam te noemen. Met de mantel der liefde zaken toedekken is geen liefde maar eerder zelfbehoud.

In der minne de dingen regelen, dat is wat Jezus wil: met liefde elkaar nabij zijn en elkaar bevestigen, bemoedigen maar soms ook corrigeren…

Printversie