Het enige wat telt...

sleutel

Cees Remmers

 “Jezus trok rond door steden en dorpen en zette zijn reis voort naar Jeruzalem”, schrijft Lucas. Zijn evangelie is een soort reisgids voor het leven voor wie Jezus wilde volgen. De eerste christenen werden daarom indertijd 'aanhangers van de Weg' genoemd. En over de weg, de levensweg die alle mensen moeten gaan, zegt Jezus vandaag dat er een brede weg is en een smalle.

Er is een brede weg, een makkelijke, de weg waar je op kunt schieten, waar je geen voorrang schijnt te hoeven geven aan een ander; het is de weg van de minste weerstand, je hoeft  niet te denken, je gaat met de grote hoop mee. Die weg is zo breed dat je geen last hebt van elkaar, maar ook nooit plezier… En uiteindelijk blijkt die brede en makkelijke weg dood te lopen op een dichte deur; je kunt blijven kloppen maar de deur blijft dicht!

En er is een smalle en moeilijke weg. Dat is de weg waarop Jezus ons is voorgegaan. Het is een weg die om aandacht vraagt; je moet er je verstand bij houden en vooral je hart laten spreken. Je moet op die smalle weg goed rondkijken; langzaam verkeer, sukkelaars voorrang verlenen; stilstaan bij mensen met pech; op sleeptouw nemen die niet meer verder kunnen; de reizigers die een hoop verdriet meezeulen, hun rugzak helpen dragen. Die smalle weg gaan, kost de nodige moeite maar eindigt in een open deur en een schitterend uitzicht.

Zijn het er veel, vragen zijn leerlingen aan Jezus, zijn het er veel die gered worden en straks dat hemels uitzicht zullen zien…? Wij toch zeker wel… denken ze stiekem… wij zijn toch jouw vrienden…

En tegen wie zo dachten en tegen wie zo denken, zegt Jezus: Voorzichtig. En hij maakt hun duidelijk dat niemand op grond van zijn afkomst, titels, aanzien, theologiestudie of wat dan ook, aanspraak kan maken op een plaats in Gods koninkrijk.

Als je de deur gesloten vindt en begint te kloppen en te roepen: wij hebben nog met je gegeten en gedronken, je woonde bij ons in de straat, ons kent ons toch…, dan is het antwoord: Ik ken jullie echt niet en de deur blijft dicht!

Want pas als wij ons hebben laten kennen als christen, dan gaat de deur open voor een geweldig uitzicht. Als we met Jezus ook de smalle, moeilijke weg zijn gegaan en dus de zwakke voorrang hebben gegeven; als we gestopt zijn voor wie pech had; als we ook eens applaudisseerden voor de verliezers; als we een eind om zijn gereden om even voor de zoveelste keer naar hetzelfde verdrietige verhaal van een sukkelaar te luisteren, en elkaar recht hebben gedaan, dan zijn we welkom.

Aan die Joden die dachten dat Jahweh hun God was en alleen hun God, leerde Jesaja dat Jahweh de God van álle volkeren wilde zijn: Hij gaat ons naar verre kusten sturen om alle volkeren en talen bijeen te roepen, en Hij zal uit alle volken de mensen verzamelen en iedereen zal zijn glorie zien. Jahweh houdt van ons, leert Jesaja, maar wees voorzichtig: hij houdt niet van ons alléén. Denk niet: ons kan niks  gebeuren, wij hebben een streepje voor.

En Jezus geeft dezelfde waarschuwing: als je bij God aanklopt, beroep je dan nergens op. Het enige wat dan telt, is of jij hebt opengedaan als er bij jou is aangeklopt om hulp en bemoediging. 
 

Printversie