Een feitelijk geloof

wisselende seizoenen 1

Steven Barberien

Opstaan uit de dood, verrijzenis, is een begrip dat onbekend was bij de leerlingen, totdat ze ermee geconfronteerd werden. Oké, Grieks-sprekenden waren vertrouwd met de idee dat de geest van een mens voortleeft na de dood. Sommige joden geloofden dat ook, maar ‘met geest én lichaam opstaan uit het graf’ is toch wel iets ‘nieuws’.

Er zijn auteurs en theologen die durven beweren dat de leerlingen in een soort psychose Jezus hebben gezien, nadat hun geest vertroebeld was door een teveel aan verdriet; een soort posttraumatisch stresssyndroom…
Of dat ze zijn dood niet konden aanvaarden en stilaan hun wens dat Jezus weer zou leven, voor de werkelijkheid hielden. Een vorm van zelfbedrog…
Andere theologen beweren op hun beurt dat het geloof in de verrijzenis een gevolg zou zijn van een diep schuldbesef om het gepleegde verraad én van het verlangen het weer goed te maken. Dus gingen ze aan de slag om Jezus te laten voortleven in hun goede werken.

Maar niets van dit alles is terug te vinden in de H. Schrift. Integendeel, de leerlingen hebben de dood van Jezus aanvaard en zich erbij neergelegd. Ze waren niet opgewonden of verlamd door schuld. Ze waren niet actief met het uitdragen van de blijde boodschap… Ze ‘wensten’ hem niet tot leven…
Neen, er staat geschreven hoe angstig ze waren toen ze Hem zagen. Ze meenden een spook te zien. En het is Jezus zelf die hen erop moet wijzen dat Hij het werkelijk is. De kruiswonden en de dood zijn echt, zo echt en waar als Hij op dat moment met hen eet. Kan het nog fysieker uitgedrukt worden?

Alle Schriften hebben zich uitgesproken over dit lijden, sterven én verrijzen van de Messias. Dát wordt de leerlingen nu pas duidelijk! Uit zichzelf en op zichzelf was het de leerlingen nooit of te nimmer gelukt de boodschap van Jezus wereldwijd te verspreiden. Er is toen werkelijk iets aan en met hen gebeurd. Ze moeten Jezus werkelijk ‘gezien’ hebben, oog in oog met Hem hebben gestaan. Verbeeldingskracht is immers niet sterk genoeg om te geloven dat iemand leeft en verrezen is!

Ons verrijzenisgeloof is dus gebaseerd op keiharde feiten, op glasheldere getuigenissen, op mensen in wie geen bedrog is. Mensen die hun gezond verstand gebruikten en geen onnozele dwepers waren…

Ons christelijk geloof is daarom ook zeer rationeel. ‘Het klopt’ en het is gefundeerd op waarheid. Daarvan getuigt alles wat we vandaag weer gelezen en gehoord hebben. Het getuigenis van de eerste christenen blijft de eeuwen door klinken, als een stem uit een mond, helder en nuchter: Jezus was dood, en Jezus leeft!

Printversie