Dan zet ik hem voor jou niet af!

ec-2016-petrus

Gust Jansen

Straks, aan het eind van de viering, zingen we samen met het koortje: Al  kun je dan nog zo goed lezen..., of ben je een rekenwonder: een slimmerik…; dan zet ik hem voor jou niet af, mijn hoed, want het blijft toch maar naatje pet, als je niet een beetje denkt en doet, als toen die Man van Nazareth…

Dat liedje geeft aan waar wij samen, jongens en meisjes, de afgelopen weken mee bezig zijn geweest: leren ontdekken wie Jezus is, wie God is én wat Hij heeft gedaan en heeft gezegd… Dat is heel veel - en eigenlijk ook weer niet zo heel veel - maar wel heel belangrijk voor ons leven; voor ons allemaal!

Hij heeft inderdaad gezegd, wat we zojuist zongen: Steek je handen uit je mouwen, en vergeet wie zwak zijn niet.., leer vooral van mensen houden…, laat door jou de zon maar schijnen, ofwel: wees het zonnetje in huis, op school of binnen de club…; en wanneer mensen verdriet hebben - of ze nu oud zijn of net zo oud als jij -  help hen dan: hun tranen drogen, door er te zíjn of op bezoek te gaan.
Dat is dus allemaal niet zo heel erg moeilijk. Of je nu groot bent of klein, jong of oud: iedereen kan dat: doen wat Jezus ons leerde.

'Ik heb jullie nodig', las ik zojuist in die tweede lezing, in het Evangelie. Niet alleen doelde Jezus op Petrus en die andere vissers aan het meer, maar Hij bedoelde ook jou, jou, en jou, Tijn, Fabiënne, Imke, Alex, Lotte, Emma..., jullie en ons allemaal, om er te zíjn voor mensen…   

(Net zoals die chauffeurs er buiten nu zijn voor de gehandicapten, die mee mogen rijden: schitterend! Hún feestje, vandaag!)

We hebben elkaar broodnodig. Écht!
Daarom delen wij hier straks het Brood, het heilig Brood van Jezus, en net als Jezus… met elkaar, jong en oud, rond deze Tafel. We doen wat Jezus ons leerde: delen, het leven delen met elkaar… En als we dat doen, dan is God écht bij ons, in ons midden, in ons leven ook.

En omdat we vaak met zoveel mensen samenzijn, de club zo groot kan zijn, moeten we soms ook wat afspraken maken. Anders kun je niet leven met elkaar; dan loop je elkaar steeds voor de voeten, maak je ruzie of komt iemand wel eens iets tekort.
Die afspraken, die geboden die we daar straks hoorden - het zijn al oude woorden, die geven ons de richting aan, om goed met elkaar en met God te leven, zoals ook Jezus ons steeds duidelijk heeft willen  maken…

-Vertrouw maar op God, ook al zie je Hem misschien niet eens;
-houd van jullie papa’s en mama’s, opa’s en oma’s, broertjes en of zusjes;
-maak asjeblieft niemand het leven zuur; laat andere mensen niet in de steek;
-niks stelen…; niks zomaar kapot maken voor de lol;
-niet roddelen, of elkaar verniksen… (om er maar enkele van die tien te noemen ).

Samen vormen ze het hart van de zogenaamde 'wet van de liefde' - jullie versiering vandaag aan de bank.
Dat is wat God wil, dat is wat Jezus ons leerde. Volgens míj meer dan de moeite waard…!

In zo’n God, daar kan ik wel in geloven! Jullie ook?

Printversie