Als ge maar goed bent?

Hart en kruis

Steven Barberien

“Als ge maar goed bent voor de mensen!” Dat hoor ik zo vaak als flauw excuus voor het niet meevieren op zondag (zaterdag) in de kerk. Goed zijn voor een ander vindt men blijkbaar belangrijker dan geloven en God beminnen met hart en ziel en heel z’n verstand.

Nu leert Jezus ons wel dat we inderdaad goed moeten zijn voor een ander… maar ook dat we God moeten beminnen! Want wat gebeurt er als je die twee loskoppelt? Wie bepaalt dan de criteria van wat ‘goed zijn’ is, als men niet in God gelooft? Als mensen zelf gaan uitmaken wat goed of kwaad is, dan zul je zien dat er heel veel verschillen zijn. Wat de éne voldoende goed vindt, is voor een ander nog veel te weinig…

Neen, ‘goed zijn’ als norm of waarde dient ingebed te zijn in iets wat alle mensen, van alle rassen, culturen en tijden, overstijgt! En dan komen we onvermijdelijk uit bij God, die in Jezus heeft laten zien wat ‘goed zijn’ wil zeggen. En dan ligt de lat ineens vrij hoog. In elk geval hoger dan wat de gemiddelde mens op aarde vindt of denkt van en doet aan goeds…

Goed zijn is dus in elk geval meer dan alleen maar geen erg kwade dingen doen! Het is meer dan alleen iemand niet slecht behandelen of hem het leven niet moeilijk maken…

“Als ge maar goed bent voor de mensen”, sorry, maar dat volstaat niet in Gods ogen! Hem beminnen wil juist zeggen dat we leven vanuit Zijn liefde. Jezus zegt heel duidelijk dat die twee samen horen, onlosmakelijk verbonden zijn…
Wie leeft in verbondenheid met God, neemt zijn geboden en Wet serieus en zal dus de mensen niet naar eigen inzicht of met een puur menselijke maatstaf liefhebben maar liefhebben en van harte goed zijn voor hen naar Gods maat. En die is vele maten groter dan wat mensen uit zichzelf bereid zijn te doen.

Met deze gedachte in ons achterhoofd zullen we het evangelie van vandaag ook beter begrijpen.
Je kunt het geloof in en de liefde voor God niet los zien van de liefde voor de mensen. Het is een feit dat de liefde van en voor mensen haar oorsprong vindt in God zelf. Hij is één en al goedheid, één en al liefde. En de mens die God bemint met een ruim hart, een open ziel en met gezond verstand kan niet anders dan ook de mensen om hem heen zó beminnen…
Omgekeerd is het ook waar, dat elke menselijke liefde ingebed moet zijn in geloof en de goddelijke liefde om zo - trouw aan haar oorsprong - zich volledig standvastig en mateloos te kunnen geven aan de ander…

Liefde van en voor God en liefde van en voor mensen, ze horen nu eenmaal samen.

Printversie